Communicatietrends

1. Aandachttrekkend vermogen van Outdoorreclame groter in rustiger gebied.

Outdoorreclame in relatief rustige gebieden wordt anders bekeken dan in relatief drukke gebieden. In een niet-stedelijke, relatief rustige omgeving vallen outdoor-uitingen meer op. Het zichtbaarheidspercentage is daar 48%. In een stedelijke en relatief drukke omgeving is het zichtbaarheidspercentage lager, namelijk 32%.

2. In niet-stedelijk gebied wordt een uiting vaker nóg een keer gezien.

Buitenreclame in niet-stedelijk gebieden wordt vaker nog minimaal 1 keer teruggekeken: in percentages is dat 34% versus 23%. In een stedelijke omgeving weten – precies dezelfde – outdoor-uitingen wel weer iets langer de aandacht vast te houden dan outdoor-uitingen in niet-stedelijk gebied. De gemiddelde fixatieduur is in een stedelijke omgeving 1,29 seconden tegenover 1,16 seconde in een niet-stedelijke omgeving. Dat is 11% langer.

3. Vormgeving heeft belangrijke rol in opvallendheid.

De vormgeving van de reclame-uiting heeft een grote rol in de opvallendheid van outdoorreclame in verschillende gebieden. Lichtgekleurde uitingen vallen door hun contrast met de omgeving meer op in een stadse omgeving. Kleurrijke uitingen doen het juist weer veel beter in een rustige, niet-stedelijke omgeving. Het helpt daarbij wel dat de uiting een duidelijk centraal element bevat.

4. Leesbaarheid op afstand is belangrijk.

Als een uiting goed opvalt in een bepaalde omgeving leidt dit niet per definitie tot een hogere merkoverdracht. De leesbaarheid op afstand speelt ook heel erg mee, net als de herkenbaarheid van de uiting.

5. Locatie links of rechts van de weg beïnvloedt zichtbaarheid ook.

Plaatsing van een outdoor-uiting aan de linker- of rechterkant van de weg beïnvloedt ook de zichtbaarheid ervan. In een stedelijke omgeving is de zichtbaarheid van uitingen aan de linkerkant van de weg groter dan van uitingen aan de rechterkant van de weg: de verhouding is 36% versus 29%. Daarentegen weten in een niet-stedelijke omgeving uitingen aan de rechterkant van de weg beter op te vallen. Hier is de verhouding 53% tegenover 41%.

De verklaring hiervoor ligt in de afstand tussen de weg en de locatie van de uiting. In stedelijk gebied is de afstand tot outdoor-objecten aan de linkerkant van de weg kleiner, omdat de uitingen vaak in de middenberm staan. In een niet-stedelijke omgeving is de afstand tot een uiting aan de rechterkant van de weg kleiner, omdat er links vaak een rijbaan tussen zit.

Dit artikel is gebaseerd op een onderzoek van outdoor-exploitant Clear Channel Nederland en Validators waarbij gebruik werd gemaakt van eyetracking en online onderzoek.